Nat in nat schilderen

Nat in nat schilderen, een typische vrijeschoolse kunstvorm, zien we overal terugkomen in het Waldorf basisonderwijs over de hele wereld. Hans van der Ham is DE nat in nat connaisseur en zal in dit artikel jullie het nat in nat schilderen uitleggen. Veel leesplezier gewenst!

Waarom is de hemel blauw? Waarom gaat de zon rood onder? Welke kleuren passen bij mij?

Schilderen vanuit de kleurenleer van Goethe geeft antwoorden op vele vragen. Iedere leeftijdsfase van de leerlingen vraagt een nieuwe invalshoek bij het schilderen. De beleving staat centraal. De techniek loopt geleidelijk op.

Hoe onbevangener men is, hoe meer ruimte men heeft om bijvoorbeeld kleuren binnen te laten. Zoals bij jonge kinderen. Zij ervaren kleuren nog heel puur en reageren heel primair hierop. Blauwe verf met rode verf in een potje met water uitspoelen vinden ze al snel “magisch”.
Je ziet vaak vermoeidheid wegvloeien tijdens de schilderles. Leerlingen worden weer fit en levenslustig terwijl ze zich eigenlijk inspannen.

Waarom nat papier?

Met waterverf schilderen op vochtig papier maakt dat kleuren kunnen vloeien. Dat vloeien leert beheersen en sturen. De juiste vochtigheid van het papier is dan noodzakelijk. Ook de samenstelling van het papier is eveneens van groot belang.
De kleurovergangen in de lucht kun je dan met weinig moeite bereiken. De techniek heb je na een paar lessen onder de knie. Helemaal niet moeilijk en meteen bevredigend resultaat.

Het vochtig gemaakte papier helpt om het levende wordingsproces waarin het kind verkeerd te ondersteunen. De wordende kleuren (zoals aan de hemel dagelijks te zien is) activeren het zenuwstelsel en het groeiende lichaam van het kind in de ontwikkeling. Een actief en daarom levend proces door het vloeibare element.

Werking van kleuren

Bedenk je eens dat alle planten opeens vuurrood zouden zijn. Je zou gek worden. De kleur rood neemt bezit van je. Groen is meer vrij, geeft rust.
Als het wekenlang grijs is, dan verlangen mensen naar een blauwe lucht. In een ziekenhuis met hagelwitte muren is het weer heel anders verblijven, dan wanneer er kleuren zijn. Ook in het hoge noorden worden mensen sneller depressief, omdat ze het licht missen. Licht maakt dat wij wakker kunnen zijn. Zonder licht kun je ook geen kleuren waarnemen.

Complementaire kleuren

Als je je oog zo’n 30 seconden laat kijken naar iets roods en dan naar een witte of grijze achtergrond, dan verschijnt de complementaire kleur. Je ziet deze kleur inwendig. In wezen ziet je oog het tegenovergestelde. Deze vult het rood aan met zijn tegenbeeld groen. Vanaf de 3e klas ga je aan de slag met deze tegenstellingen. Je laat de leerlingen ervaren dat kleuren samen horen, maar ook tegengesteld van elkaar kunnen zijn.

Waarom mengen we de kleuren niet van tevoren, maar op papier?

Het papier is eigenlijk de lichtbron van binnenuit gezien. Dit licht schijnt door de kleuren heen die op het papier geschilderd worden. In wezen verduisteren de kleuren de lichtwerking van het papier. Omdat Goethe de verduistering als onderdeel zag van het kleurproces, gebruiken we dit ook bij het schilderen. De kleuren worden dus niet van tevoren gemaakt, het proces van verduisteren is waar het om gaat. Laag op laag veranderd de kleur.
Uiteraard kan het ook andersom d.w.z. de verf wegnemen om meer licht te creëren. Dit gebeurt vaak tijdens het schilderen. Je ziet dat de kleuren gevolgen hebben. Je kunt er overheen schilderen (blauw op geel, omdat je toch liever groen ziet) om een verandering toe te passen. Je kunt ook de kleur wegnemen met je kwast. In de vijfde klas willen leerlingen graag leren hoe je dit doet. Er is een techniek voor, zodat je het licht weer terug kan laten komen, om zo je werk weer aan te passen,
Schilderen op het vochtige papier zorgt ervoor dat je in het nu werkt. Het resultaat is verrassend.

Vlakken schilderen

Door te schilderen proberen we bij de kinderen interesse op te roepen voor de kleuren in al haar verschillen en nuances. Het vak schilderen heeft een pedagogische waarde, omdat dit de innerlijke beweeglijkheid stimuleert, het gevoelsleven activeert en samengaat met het gericht leren kijken en waarnemen. Een goede basis voor het latere oordelen.
Om dit proces zo goed mogelijk te laten verlopen, leren we de kinderen aan, al vanaf de eerste klas, de kleuren als vlakken te schilderen.  Hierdoor wordt de beleving van kleur meteen optimaal geactiveerd.

De natuurlijke drang om lijnen te willen maken wordt met name gebruikt bij het vak vormtekenen en tekenen.

Waarom nat schilderen met kleur?

De kleuren bewegen op vochtig papier als het ware voor je ogen mee. Dit stromende effect werkt op de beleving. Dat activeert het kind in zijn/haar innerlijk.
Daarbij zetten de kleuren zich niet meteen vast in de papier en verdelen zich fijntjes. Daarmee kun je met relatief weinig technische vaardigheid al snel een mooi resultaat krijgen. Faalangst remmend en enthousiasmerend.
Omdat het organisme van jongere kinderen nog soepel en sterker doorstromend is dan later in hun leven, sluit het schilderen hier goed op aan. Zo tegen het 9e jaar krijgt het schilderen ook meer een voorstellingskarakter, maar wel vanuit het kleurvlak op gebouwd. Daarna worden kleurmengingen steeds meer genuanceerd. Dat is zintuig strelend en geeft vreugde in het werk. Ook leren de kinderen de kleuren op papier zelf aan te brengen en dan pas tot vermenging over te gaan. Dus de ene kleur over de andere heen te schilderen. 

Kortom: het schilderen zoals beschreven ondersteunt en stimuleert de kinderen om tot innerlijke beweeglijkheid te komen. 

Daarnaast werken de kleurervaringen op de morele ontwikkeling in de mens. Dat is het gevolg van wat je het wezen van de kleuren kunt noemen.

De opbouw in de klassen

In de eerste tot en met derde klas wordt bij het schilderen een sterk accent gelegd op de penseelvoering en de zuivere kleurbeleving. De kleurvlakken worden zodanig geschilderd dat je verschillende nuances zichtbaar kunt maken. Hoeveel soorten rood zijn er wel niet? Kleuren gaan iets zeggen als je ze mengt met andere. Woedend of vriendelijk rood. Het verrijkt en verdiept de beleving van de kinderen.

Vanaf de 3e begin je steeds meer de kleuren te mengen. De secundaire kleuren spreken natuurlijk ook. Hier kun je ook tal van opdrachten voor verzinnen. Ook schilder je af en toe beelden, wel vanuit het vlak. Ook laat je leerlingen af en toe zelf puzzelen met de kleuren in wat vrijere opdrachten.
Vanaf klas 4 wordt steeds meer en uitgebreid aan een voorstelling gewerkt. Leerlingen die veel bezig zijn geweest met het gevoel van kleuren, schilderen dan geen bruine eekhoorn, maar rood of geelachtig.  Ze denken na over actie, karakter, bewegingen kiezen kleuren die hierbij passen. Ook werk je aan de overgangen en begin je met landschappen vanuit aarde, lucht, water en vuur. Dieren uit de dierkunde worden ook op papier gezet. Ook wordt er gepraat over koele en warme kleuren.


In klas 5 gaan de leerlingen 3 tot 4 kleuren mengen tot plantengroen, bruintinten en perzikbloesem. Ook wordt natuur in meer detail geschilderd zonder naturalistisch te worden. De mythologie komt op papier. In de 6e en laatste klas zet je de menging van de tertiaire kleuren voort. Maar ook ga je landschappen in allerlei stemmingen neerzetten. Warm, koud, dag, nacht, schemer etc. Mineralen, klimatologie en meetkundige figuren komen ook aan bod. Schilderen vanuit de kleurenleer van Goethe geeft antwoorden op vele vragen. Iedere leeftijdsfase van de leerlingen vraagt een nieuwe invalshoek bij het schilderen. De beleving staat centraal. En zo vinden wij onze weg hierin.

Mogelijkheden voor opbouw en nabespreking van de schilderles (exemplarisch)

Het gaat in wezen om twee zaken: gevoelskwaliteit en ruimtelijke oriëntatie

Onderwerp: primaire kleuren (geel – rood – blauw) ;   groen zelf samenstellen

Begin met twee verschillende kleuren zodat er meteen een spanningsveld ontstaat.

De kinderen hebben de neiging om een kleur in een ronde vorm te schilderen. Zeker als citroengeel mag meedoen! Verder in het schooljaar is het goed om dit natuurlijke gedrag ook eens te gaan doorbreken om zo de eenzijdigheid eruit te halen.

Als je bv. met de kleuren geel en blauw begint kun je aansluiten bij een gedachtegang die Rudolf Steiner heeft gegeven. Ik interpreteer deze als volgt:

“Geel met blauw is spannender dan geel met groen”

Tip: probeer dit eerst zelf uit door deze twee kleurstellingen zelf te gaan schilderen. Heb je vervolgens een andere mening, volg die dan en ga zo verder anders ben je niet waarachtig.

Het is altijd beter om iets over te brengen waarin je echt geloofd, dan om zo maar iets over te nemen. Ik zou het groen zelf samenstellen, zodat je met rood een juiste complementair gebruikt. Het is de eerste keer dat de kinderen met rood en groen gaan werken en dan is het raadzaam de juiste complementaire werking aan te bieden. Later in de school gaan ze dit natuurlijk wel zelf bepalen in het werk.

In de tweede klas is het juist heel goed om de secundaire kleuren zelf samen te laten stellen. Uiteraard al schilderend en niet op een schoteltje vooraf aangemaakt.

In de eerste klas kun je schilderopdrachten verzinnen waarbij de drie primaire kleuren op allerlei manieren op het papier kunnen worden geschilderd. Denk hierbij meteen aan de ruimte. (één kleur binnen een andere kleur buiten ; andersom en daarna in de komende lessen ook een andere indeling gaan introduceren.

Bv. vraag je af hoe het werkt als geel in het centrum staat en blauw erom heen ; en hoe is dit andersom? Zo ook met geel en rood en met rood en blauw.

Deze werkwijze kan helpen om te ervaren hoe kinderen meestal gemakkelijk toegang hebben tot het wezen van de kleuren. Zij kunnen kleuren ervaren als levende wezens die hun eigen wereld hebben en uitdrukken.

Hang al het werk aan de wand de volgende ochtend. De nacht is wijzer dan de dag.

Een andere manier om in de gevoelslaag te komen is door een kleur voor jezelf zo te beschrijven dat je de naam niet noemt. Dat de kinderen dan de volgende dag moeten raden over welke kleur dit gaat. 

Bv. we gaan vandaag een kleur schilderen die heel bang is om “vuil”(onrein) te worden ; die het liefst huppelt of danst en overal heen wil gaan ; een kleur die vrolijk en blij is.

Dat is gevoelskwaliteit!

Mogelijkheden voor bladindeling schilderen:

  • Kleur steekt over van links naar rechts maar wordt aan de andere kant opgewacht door een andere kleur
  • Kleur begint in een hoekje en wacht tot er een andere kleur in een ander hoekje zit; dan gaan ze elkaar begroeten door eerst naar elkaar toe te gaan  (kan ook met drie kleuren)
  • Boven – onder ; diagonaal ; als puzzelstukken ; kleuren onder elkaar alsof ze elkaar “dragen”
  • Een kleur is vandaag jarig en mag als eerste op het papier komen ; de andere kleuren komen “feliciteren”

    Nabespreken:
  • Hang al de schilderingen aan de wand de volgende dag
  • Kijk eerst naar het geheel en laat dit goed op je inwerken
  • Vraag je af: Is voor ieder kind de opdracht duidelijk geweest?
  • Zie je sterk afwijkende schilderingen?
  • Zijn er duidelijke overeenkomsten in stijl?
  • Heeft de klas een soort kopie gemaakt zoals jij de opdracht voor ogen had? (dan heb je de kinderen de vrijheid ontnomen)
  • Waar zie je een creatieve oplossing of uitvoering?
  • Hoe is de water/verf verhouding?
  • Wat valt je op aan de penseelvoering?

Voorbeeld van opbouw nabespreking klas 1 :

  1. Zorg voor rust in de klas ; zit iedereen goed op de stoel ; kan iedereen alles zien?
  2. Wie weet nog de volgorde waarin we gisteren gewerkt hebben?
  3. Zoek eens een schildering waar geel (rood of blauw) in het midden zit.
  4. Welk kleur heeft de beste plek gekregen? Waar zie je dat aan? (laten verwoorden)
  5. Waar zie je twee kleuren die zacht tegen elkaar aan komen?
  6. Is er een kleur de baas? Waar zie je dat aan? (laten verwoorden)
  7. Zie je ergens “gaten” in de jas? (plek waar geen verf gekomen is)
  8. Wie ziet iets grappigs of iets nieuws? (fantasie prikkelen en ook zelf een voorbeeld geven)
  9. Wie ziet een hele zware kleur? Waar? (bovenste rij derde van links bv. ) Bedoeld om te leren zeggen waar iets hangt ( oriëntatie oefening)

Bovenstaande tekst is geschreven door Hans van der Ham (ex vrijeschool leerkracht en nog steeds schilderdocent op de Lerarenweek in Zeist in 2023. 

Wil je thuis nat in nat schilderen, bezoek dan de webshop van Iliasofia!
Zij heeft het beste materiaal om thuis aan de slag te gaan.

Bronnen:  
–    Rudolf Steiner :                           “Das Wesen der Farben”
–    Rudolf Steiner :                           “De spirituele bronnen van de kunst”
–    Dick Bruin en Attie Lichhart :  “Schilderen in de vrijeschool”
–  Johannes Itten :                          “Kleurenleer.”


Laat een reactie achter!

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Deze website gebruikt cookies om optimale ervaring te bieden. Mocht je daar een bezwaar tegen hebben klik dan op lees meer. Lees meer.

The cookie settings on this website are set to "allow cookies" to give you the best browsing experience possible. If you continue to use this website without changing your cookie settings or you click "Accept" below then you are consenting to this.

Close