Het Oberufer kerstspel

Op de meeste vrije scholen wordt in de kersttijd Het Kerstspel ten tonele gebracht. Dit is een traditie die al bijna 100 jaar behouden wordt. Een cadeau van de leerkrachten voor de ouders en kinderen. Het is zo een prachtig stuk, ondanks dat sommige teksten lastig te begrijpen zijn. De beelden blijven de hele kerstijd bij je. Ik begin mijn kerstperiode zo veel beter, na het zien van dit toneelspel. In dit verhaal, meer achtergrond over dit toneelstuk. Een stukje geschiedenis, het taalgebruik en waar de rollen voor staan!

De spelen:
De Kerstspelen bestaan uit drie spelen: het Paradijsspel, het Kerstspel en het Driekoningenspel. Deze spelen zijn vrij origineel bewaard gebleven. Rond de 16e-17e eeuw zijn wijnboeren vanuit Duitsland naar een vrij geïsoleerd gebied aan de Donau getrokken. Vanuit de meegenomen tradities speelden de jonge mannen deze spelen.
Terwijl in Duitsland door de invloed van het intellect de spelen sterk veranderden, bleven deze aan de Donau vrijwel onberoerd. Hierdoor bleef een volkswijsheid in de spelen bestaan.

Karl Julius Schröer heeft ervoor gezorgd dat wij de spelen vandaag te dag nog spelen. Hij heeft ze gezien en vastgelegd en was een vriend van Steiner. Hij erkende de waarde van het toneelspel en heeft het hier en daar wat aangepast. Vanaf 1919 werd het spel ten tonele gebracht op vrije scholen.


Het taalgebruik
De taal die in de Kerstspelen gesproken klinkt ouderwets en vreemd. Het is geen taal uit een bepaalde tijd, maar is bewust wel in die sfeer geschreven. Veel woorden en zinnen zorgen voor een sterker beeld. Het gaat er vooral om dat de beelden in de ziel opgenomen kunnen worden, en niet dat het begrijpende verstand alles probeert te bevatten. Door de klanken, het ritme en de zang wordt juist een zielelaag aangesproken, die dat wakkere wat probeert te temperen.  Vooral kinderen kunnen dat meestal nog goed en zij kunnen daardoor in een diepe sfeer deze beelden in zich opnemen. Wanneer ze dan jaar na jaar deze spelen bekijken, voelen ze precies aan wat deze “oude woorden” voor een waarde hebben.

De Company bestaat uit:

Engel Gabriël,
Maria, Jozef en de Sterrenzanger
De herders: Gallus, Stiechel, Witok en Crispijn
De eerste waard, tweede (boze) waard en de derde (goede) waard

Ik speelde jaren sterrenzanger

De sterrenzanger
De sterrenzanger heeft iets van de sterren in zich. In ons leeft ook een zielewezen dat met de sterren te maken heeft: Het geestelijke deel, onze ziel en onze IK. Dit deel van de mens zorgt ervoor dat hij niet slechts leeft, maar ook min of meer bewust de wereld om zich heen waar kan nemen met indrukken, gevoelens, gedachten en wilsimpulsen. 

De sterrenzanger groet in het begin de triniteit. Hiermee wordt bedoeld de drie-eenheid:
Godvader: alles wat geschapen is, fysiek.
Zoon: het levende, verjongende.
Heilige geest: het verlichte, bewuste, geestelijke.

Jozef en Maria

Maria heeft een omhullende blauwe mantel en een rood kleed. Het rood ontstaat wanneer het licht strijdt met de duisternis. Denk aan de ondergaande zon. Rood is ook de kleur van de liefde die hier op geroepen wordt. Maria vertegenwoordigt de ziel van de mens die het vermogen heeft verworven om het bijzondere sterrenwezen ( Jezus) te ontvangen.

Jozef is vooral bezorgd om het dagelijkse, het aardse. Hij leeft meer vanuit het verstand en niet zozeer vanuit een vertrouwend intuïtief.

Tijdens de geboorte is Jozef dan ook aan het slapen, leunend op zijn staf.  Jozef  die overdag met zorg door het leven gaat, die wordt nu tot rust gebracht. Zijn wakkerheid zou hem alleen maar bezorgd maken om de toestand van Maria en het kind.

De waarden

De verschillende waarden laten ieder voor zich in beelden verschillende kanten van de menselijke ziel zien die veelal door egoïsme, angsten en zorgen zijn bezet.

Zij vertegenwoordigen de toestand waarin de mensheid na het verlaten van het Paradijs terecht is gekomen.  De waarden laten dat zien door hun afwijzende houding, van kilheid, de meedogenloosheid. Zelfs de waard die goed voor hen is en de stal aanbiedt doet dit niet met oprechtheid. Er is geen empathie wanneer het kind het koud heeft in de stal en hoewel ze eerder beweerde dat haar herberg vol zat, zijn er “krek twee dozijn gekomen”, dus ze had wel degelijk plaats.

De geboorte

Voor de kinderen van onze tijd is het van groot belang dat Maria het kind vanaf de hemelse sterrenkant naar zich toe laat komen, dus ze ontvangt met haar geheven armen. Daarmee wordt de aandacht niet op het fysieke gericht, maar op het wezenlijke deel van de mens: onze individualiteit, ons Ik, wat indaalt in een fysiek lichaam. Voor kinderen die sowieso nog meer in deze sterrenwereld leven is dit heel normaal en in onze tijd van groot belang, omdat wij tegenwoordig zo intensief alleen het fysieke benadrukken.Het beeld van de ooievaar die het wezenlijke van een kind brengt is daarom een waar beeld vol wijsheid.

De herders

De herders brengen veel energie in het spel. Zij vertegenwoordigen de stroming van de mensheid die niet zoals de drie koningen vanuit een wakker bewustzijn, maar met hun wijsheid van het hart tot inzicht komen. Door een droom beleven zij de hele gebeurtenis en schouwen zij de prachtige betekenis van deze nacht. Ze horen de engelen en gaan op weg met hun geschenken: wol en meel, melk en een lam.

We zouden de drie herders ook kunnen zien als denken, voelen en willen. In ons denken zijn we wakker, in ons voelen zijn we dromend.  En onze wil, dat wat we willen doen op aarde, waardoor we gekomen zijn, wat we in het voorgeboortelijke ons voorgenomen hebben, wie we moeten ontmoeten, dat zie je terug in Stiechel. Hij slaapt het langst. 

De herders staan altijd in een driehoek met de punt naar achteren. Het symbool van de triniteit. De drie herders zijn ook nog voor een groot deel in een paradijselijk bewustzijn. Het zijn gemoedsmensen. Een bewuste zijnsvorm die we ook bij kinderen waar kunnen nemen en waar ze heel geleidelijk, zorgvuldig uit moeten ontwaken. 

Crispijn

Met de komst van Crispijn verandert de driehoek in een vierkant. De vierhoek is een symbool van al het aardse, het fysieke het wakkere in de mens. Een toestand die wij als tegenwoordige mensheid meer herkennen. 

Crispijn is oud, doof, eigenwijs en komt te laat. Hij was bij de schaapkens en vergist zich in het kleine en grote (van het leven?)

Hij heeft geen boodschap van de engelen vernomen, maar geruchten in het volk gehoord. De oude Crispijn verbaast zich over het gehoorde en reageert herkennend en verwonderd, en dan stelt hij de vraag hoever het wel is om bij het kind te komen. Hij denkt meteen in afstanden, maar de drie herders roepen hem toe alsof hij een domoor is: “tot ge er bent”! Een oerwijs antwoord. 
Uiteindelijk neemt Crispijn  zich voor om die weg te gaan en hij bedenkt zich wat hij dat kind dan wil schenken. Hij schenkt iets wat hij bij zich draagt. En hij wil een slip, een stuk van zijn pelsvacht schenken, zoals Sint Maarten een deel van zijn mantel. Hij zal het kouder krijgen maar dit warme offer zal hem innerlijk verwarmen. 

En zo zie je maar welke verborgen beelden in dit mooie stuk verstopt zitten. Ik hoop dat jullie dit jaar ook het toneelspel mogen aanschouwen ergens op een vrije school.

Een warme en wijze kersttijd toegewenst.

Sterrenzanger Tessie 🙂

Laat een reactie achter!

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Deze website gebruikt cookies om optimale ervaring te bieden. Mocht je daar een bezwaar tegen hebben klik dan op lees meer. Lees meer.

The cookie settings on this website are set to "allow cookies" to give you the best browsing experience possible. If you continue to use this website without changing your cookie settings or you click "Accept" below then you are consenting to this.

Close