Op de Vrijeschool werken we met periodes. Periodeonderwijs houdt in dat elke ochtend van 8.30 tot 10.30 gewerkt wordt aan 1 vak, voor 4 weken lang. Dit kan rekenen of taal zijn. Ook zijn er speciale vakken zoals: huizenbouw, mineralogie, plantkunde, aardrijkskunde en geschiedenis. Twee uur per dag bezig zijn met een en hetzelfde onderwerp is heerlijk. Je kunt verdiepen en herhalen. Ook is er tijd om lesstof te verrijken met beweging en creativiteit.
In klas 3 leren de kinderen cijferen (onder elkaar rekenen). Om kinderen tot dit abstracte denken te laten komen, is lesstof aanbieden in een beeldkarakter een leuke en zinvolle activiteit. Wij gebruiken op school het beeldkarakter van de dropjesfabriek. In dit artikel lees je hier meer over.
Oom Drop heeft een fabriek waar hij dropjes maakt. Hij maakt een heleboel! Zoveel dat het tellen moeilijk wordt. 34+56= ???
Hoe kan hij dit oplossen?!
- Alle losse dropjes worden verpakt in rolletjes. In 1 rolletje passen 10 dropjes. Deze rolletjes worden vervolgens in zakjes gedaan. In 1 zakje passen 10 rolletjes. Dat zijn wel 100 dropjes per zakje!
- Deze zakjes worden in dozen verpakt. In 1 doos passen 10 zakjes. Dat zijn wel 1000 dropjes!
- Deze dozen worden in kisten verpakt. In 1 kist passen 10 dozen, oftewel 100 zakjes, oftewel 1000 rolletjes en 10.000 dropjes!
- 10 kisten passen dan weer in een container die met de vrachtwagen over de hele wereld vervoerd worden. 100.000 dropjes per vrachtwagen.
Dit kunnen we ook tekenen:
2. Het boek van oom Drop!
Oom Drop werkt dag en nacht in een groot boek. Hierin schrijft hij alle losse dropjes, rolletjes, zakjes, dozen en kisten op. Dat kost vreselijk veel tijd. Hij slaapt er niet meer van. “Dit kan zo niet langer! Dit moet anders!”
In plaats van tekeningen maken, schrijft hij de getallen op. Ze krijgen een vaste plaats EN hij schrijft alles netjes onder elkaar. Nu is alles duidelijk! Ook hebben we in de klas gerekend met losse dropjes en rolletjes gemaakt. Een super leuke activiteit!
Maar dan wordt Oom Drop verdrietig. Soms moet hij losse dropjes optellen en zijn het er mee dan 10! Bijvoorbeeld bij de som 34+18. Maar daar krijgt hij ook een idee voor. Als hij meer dan 10 losse dropjes heeft, dan kan hij weer een rolletje maken. Zo kan hij weer verder met optellen. Zo leren de kinderen inwisselen.
Wanneer de dropjes de fabriek verlaten, moet Oom Drop in de avond uitrekenen hoeveel dropjes hij nog heeft.
Maar soms lukt het niet meer. Hoe kan hij nu 5 losse dropjes van 2 losse dropjes afhalen? Op een morgen heeft hij een idee. Hij moet 1 rolletje opmaken! 5 dropjes kunnen wel van 12 dropjes afgetrokken worden! Zo leren de kinderen inwisselen bij de minsommen.
Oom Drop moet ook wel eens 2 of 3 keer dezelfde bestelling doen. Ook dit gaat hij onder elkaar opschrijven. Eerst vermenigvuldigen we de losse dropjes, dan de dropjes in de rolletjes. Later verkorten we deze sommen nog.
Zo! Nu kan de fabriek goed draaien en kan Oom Drop alles goed bijhouden. Wat heeft Oom Drop ons toch veel geleerd!
Hey Tessie, wat een geweldige site! Ik ben leerkracht op De Driestroom in ‘s Hertogenbosch en begin maandag met ‘de Dropjesfabriek ‘. (ik draai een zgn. wintergroep 5/ /klas 3 en deze is in januari gestart met de leerstof van klas 3). Heb je nog wat uitgebreidere informatie over de Rekenperiode n.a.v. de Dropjesfabriek? En zou ik deze mogen bekijken?
Groeten van Nienke
Beste Tessie, geweldig. Dank voor het delen! Zou je Rekenperiode n.a.v. de Dropjesfabriek ook met mij kunnen delen? Ik ga binnenkort periode voorbereiden voor klas 3 in Kairos Amsterdam. Met een hartelijk groet,
Iwona